vrijdag 27 januari 2017

DE VOC EN HET ‘GROTE VERHAAL’



“Wil je het verhaal van de VOC leren kennen op een laagdrempelige manier? Koop dan vooral dit boek. Ben je echter op zoek naar een wetenschappelijke publicatie, dan zou ik het in de kast laten staan.” Aldus Godelieve Boselie in haar recensie van mijn boek De VOC. Een multinational onder zeil, 1602-1799 voor de websites jongehistorici.nl respectievelijk isgeschiedenis.nl


Een degelijk advies. Men moet een historisch publieksboek, dat overigens solide informatie wil bieden, nu eenmaal niet beoordelen met de maatstaven van wetenschappelijk (deel)onderzoek.
Helaas verwart deze recensent in haar verhaal een wetenschappelijk geachte weerzin tegen ‘het grote verhaal’ met haar eigen politiek-correcte vooroordeel. Boselie: “Dergelijke ‘Grote Verhalen’, waarin negatieve kanten worden genegeerd en tunnelvisie ontstaat, zijn niets voor niets sinds de jaren 80 grotendeels uitgerangeerd binnen het academisch historisch werkveld (zie met name de klassieker Imagined Communities van Benedict Anderson uit 1983). Een terugkeer lijkt mij zeer onwenselijk.”

De angst voor affectieve en esthetische binding met een historisch onderwerp, die huizenhoog uit deze bespreking oprijst, en de weerzin jegens ‘grote verhalen’ zijn net zo tijdgebonden als, laat ons zeggen, Kiplings vermakelijke ‘White man’s burden’ – hoe druk men zich in een uithoek van academia ook maakt om de zelfontworpen modes en hypes.
Van het afscheid van het grote verhaal, een trend overigens die al dateert uit de jaren zeventig, begon men in brede kring sinds de jaren negentig alweer afscheid te nemen.

Tunnelvisie


Van het negeren van negatieve kanten en het hebben van een tunnelvisie kan men mij op basis van mijn VOC-boek, waarvan nu twee drukken verschenen zijn, moeilijk beschuldigen; wél van liefde voor geschiedenis. Het is eerder Boselie die aan een vorm van tunnelvisie lijdt. Mijn beschrijving van J.P. Coen zou voornamelijk ‘bewondering voor een daadkrachtig man’ behelzen. Wat een baarlijke nonsens. Ik noem Coen onder meer  ‘nietsontziend’ en voer de hele postume discussie over zijn persoon en handelen op, inclusief het 'symbolisch' omvallen van zijn standbeeld in Hoorn in 2011.
In het boek wordt bijvoorbeeld ook het wedervaren van de Molukse opstandeling Kapitein Jonker besproken. Het gaat om actoren, niet om sjablonen ter bevrediging van de eigentijdse moraal.

Ook de mededeling op de cover dat ik tientallen boeken geschreven heb (het zijn er ongeveer 65) zit Boselie expliciet dwars; wel wordt onderaan de recensie vermeld dat zijzelf twee masters heeft afgerond – applaus!
Standbeeld van Coen in Hoorn (foto H.M.D. Dekker).



Een métier apart


Het maken van historische publieksboeken is een métier apart. Dat zou iemand als Boselie, die als docente en historisch consulente werkt – en dus een soort collega is in het erfgoedwereldje – toch enigszins moeten kunnen bevroeden.

Leve het grote verhaal, dat tegelijk mozaïek is!

***

‘De auteur (neemt) tijd voor het vertellen van details, maar verliest de grote lijn niet uit het oog.’
‘Prachtige afbeeldingen, waarvan vele niet zo bekend.’
Geschiedenis Magazine

‘Het boek is zeer leesbaar en zal een groot publiek aanspreken.’
A.J. Beenhakker in Zeeland


De recensie van Boselie: klik hier

BESTEL HIER De VOC • Een multinational onder zeil, 1602-1799, door Jan J.B. Kuipers

ISBN 9789057309854. 176 pag., formaat 23,8 x 28,6, rijk geïllustreerd in kleur, genaaid gebonden
€ 29,95

De geschiedenis van de VOC, de eerste naamloze vennootschap en ‘multinational’ ter wereld, is nauw verweven met die van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Lange tijd was de Compagnie het grootste handelsbedrijf ter wereld: een puur commerciële onderneming, die geen middel schuwde om haar positie te verstevigen. Maar ook een instelling die cultuur produceerde, en het leven in haar handelsgebieden en de Republiek diepgaand beïnvloedde.

Het verval in de achttiende eeuw had veel oorzaken: de logge organisatievorm, torenhoge bestuurs- en militaire kosten, enorme corruptie en zelfverrijking, concurrentie van andere Europese compagnieën, vooral de Engelse, de tanende internationale positie van de Republiek. De VOC kwam de Vierde Engelse Oorlog (1780-1784) niet te boven. Zij werd in 1795-1799 geliquideerd door de Bataafse Republiek.

De VOC geeft een panoramisch beeld van de fascinerende ‘Edele compagnie’, die uiteindelijk zou zijn ‘Vergaan Onder Corruptie’. Het boek biedt de grote lijn én de kleine anekdote. Het werpt licht op de veelsoortige handelsgebieden tussen Kaap de Goede Hoop en Japan, het leven in Batavia, op zee en thuis in Nederland, én op een stoet kleurrijke personen.

Een gruwelmoord en dito straf in Sluis, 1769

Onlangs schreef ik voor mijn PZC-rubriek ‘Sporen in de delta’ een aflevering over de opmerkelijke waterstaatkundig ingenieur (en veel meer) ...