De huidige bescheiden Beeldenstorm, die in het kader van Black Lives Matter over de Verenigde Staten en Europa zwiept, heeft vele precedenten in het verleden. Doorgaans gaat het om de woede van een deel van de populatie, die min of meer wordt georkestreerd door een sturende elite. Zo'n vierhonderd jaar geleden was dat in de Nederlanden niet anders. Hieronder een recensie van mijn boek De Beeldenstorm. Van oproer tot Opstand in de Nederlanden, 1566 door Mark Beumers, waarin een handige samenvatting is vervat.
Bron: Kleio-Historia nr. 3. (2016) 45-46; de kopjes zijn toegevoegd.
Het boek bestaat uit tien hoofdstukken met aan het einde een beknopte literatuuropgave. In het eerste hoofdstuk wordt de lezer ingeleid op de Beeldenstorm, waarbij er ook aandacht is voor de eerdere vernielingen in 1524 en 1534-1535.
Ketters en hervormers
Beeldenstorm in Antwerpen |
In 1555 neemt zijn zoon Filips II het stokje over en continueert zijn vaders centralisatie. Echter verlaat Filips II de Nederlanden in 1559, waarna er vervolgens een reeks van landvoogden neerstrijkt in onze contreien. Gent en Antwerpen komen worden behandeld in verband met hun rijke handelsgeest, voornamelijk de textielindustrie. Antwerpen staat in 1585 natuurlijk in de belangstelling, wanneer deze stad in handen van de Spanjaarden valt.
In het het vierde hoofdstuk wordt de Reformatie besproken die zich vanaf 1517 manifesteert, wanneer Maarten Luther naar alle waarschijnlijkheid 95 stellingen op de kerkdeur te Wittem spijkert. Hiermee zet hij de Hervorming in, die vervolgens wordt opgepikt en uitgebreid door Johannes Calvijn, Zwingli en Erasmus van Rotterdam. Het was Johannes Calvijn die aangaf dat de overheid nooit boven Gods bestuur stond, waardoor een slechte koning kon worden afgezet, als deze zijn plichten jegens het volk schond.
In het het vierde hoofdstuk wordt de Reformatie besproken die zich vanaf 1517 manifesteert, wanneer Maarten Luther naar alle waarschijnlijkheid 95 stellingen op de kerkdeur te Wittem spijkert. Hiermee zet hij de Hervorming in, die vervolgens wordt opgepikt en uitgebreid door Johannes Calvijn, Zwingli en Erasmus van Rotterdam. Het was Johannes Calvijn die aangaf dat de overheid nooit boven Gods bestuur stond, waardoor een slechte koning kon worden afgezet, als deze zijn plichten jegens het volk schond.
Plakkaten, vervolgingen
In hoofdstuk 5 komen de Wederdopers weer terug als eerste beeldenstormers, die als radicaalste hervormingsstroming bekend staan. Hoofdstuk 6 gaat door met de verschillende plakkaten en kettervervolgingen, die veelal op de brandstapel terecht kwamen. Al voor het Bloedplakkaat van Karel V in 1550, werden er plakkaten uitgevaardigd om de ketters te bestrijden Vanaf 1523 werden al circa 300 mensen terechtgesteld. Hierbij is aandacht voor regionaal verzet, zoals in Groningen. Het hoofdstuk wordt afgesloten met het Concilie van Trente in 1563, waarvoor er dertig jaar is gesproken om een antwoord op de Reformatie te geven met de Contrareformatie.
Hoofdstuk 7 handelt over het Smeekschrift der Edelen, die in 1566 naar Margaretha van Parma trokken om te vragen om een verzachting van de ketterij. Margaretha was zo onder de indruk dat zij dit toestond, tot grote ergernis van Filips II, die in 1567 Alva naar de Nederlanden zond om de strenge inquisitie nieuw leven in te blazen. Hij bleef tot 1573. Margaretha was het niet eens met deze strenge vervolging en liet dit ook duidelijk aan haar halfbroer merken. Daarnaast is er aandacht voor de sociaal-economische voedingsbodem voor de Beeldenstorm, met betrekking tot voedselschaarste. Het andere deel van het hoofdstuk handelt over de protestantse hagepreken als gevolg van het Smeekschrift. Op deze wijze werd het volk opgehitst tot opstand en de ideeën verspreidden zich zeer snel door deze oral tradition.
In hoofdstuk 8 wordt de eigenlijke Beeldenstorm beschreven in geheel Nederland, ondersteund met chronologische kaders met alle bijbehorende plaatsen. Dit biedt de lezer een gedetailleerd overzicht over hoe de Beeldenstorm zich door de Nederlanden heeft verspreid, en waar deze niet tot stand kwam door plaatselijk verzet of andere wetten. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een item over Pieter Datheen, die uiteindelijk niet meer welkom was in de Nederlanden.
Hoofdstuk 9 gaat verder op het vorige hoofdstuk met het noorden en oosten als geografische context, zoals Amsterdam en Den Haag. In hoofdstuk 10 wordt tenslotte verwezen naar het proces van Beeldenstorm naar de eigenlijke Opstand in 1568. Het bewind van Alva komt aan bod, alsook de strijd van de Watergeuzen in Den Briel in 1572 en de minder bekende Bosgeuzen in Vlaanderen. Het hoofdstuk sluit af met de Reductie van 1591, met daarvoor aandacht voor de Akte van Verlatinghe in 1581, waarbij Filips II als vorst verlaten wordt.
Concluderend is dit een schitterend nieuw boek over een zeer fascinerend thema binnen onze geschiedenis. De auteur is erin geslaagd om een zeer leesbaar en bruikbaar boek te schrijven, dat niet alleen bruikbaar is voor gewone lezers, maar ook voor historici en docenten Geschiedenis, die de Opstand als examenthema moeten behandelen, aangezien het boek het examenkatern precies volgt. Hopelijk volgen er meer van zulke mooie uitgaven.
Hoofdstuk 7 handelt over het Smeekschrift der Edelen, die in 1566 naar Margaretha van Parma trokken om te vragen om een verzachting van de ketterij. Margaretha was zo onder de indruk dat zij dit toestond, tot grote ergernis van Filips II, die in 1567 Alva naar de Nederlanden zond om de strenge inquisitie nieuw leven in te blazen. Hij bleef tot 1573. Margaretha was het niet eens met deze strenge vervolging en liet dit ook duidelijk aan haar halfbroer merken. Daarnaast is er aandacht voor de sociaal-economische voedingsbodem voor de Beeldenstorm, met betrekking tot voedselschaarste. Het andere deel van het hoofdstuk handelt over de protestantse hagepreken als gevolg van het Smeekschrift. Op deze wijze werd het volk opgehitst tot opstand en de ideeën verspreidden zich zeer snel door deze oral tradition.
De eigenlijke Beeldenstorm
In hoofdstuk 8 wordt de eigenlijke Beeldenstorm beschreven in geheel Nederland, ondersteund met chronologische kaders met alle bijbehorende plaatsen. Dit biedt de lezer een gedetailleerd overzicht over hoe de Beeldenstorm zich door de Nederlanden heeft verspreid, en waar deze niet tot stand kwam door plaatselijk verzet of andere wetten. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een item over Pieter Datheen, die uiteindelijk niet meer welkom was in de Nederlanden.
Hoofdstuk 9 gaat verder op het vorige hoofdstuk met het noorden en oosten als geografische context, zoals Amsterdam en Den Haag. In hoofdstuk 10 wordt tenslotte verwezen naar het proces van Beeldenstorm naar de eigenlijke Opstand in 1568. Het bewind van Alva komt aan bod, alsook de strijd van de Watergeuzen in Den Briel in 1572 en de minder bekende Bosgeuzen in Vlaanderen. Het hoofdstuk sluit af met de Reductie van 1591, met daarvoor aandacht voor de Akte van Verlatinghe in 1581, waarbij Filips II als vorst verlaten wordt.
Fascinerend thema
Concluderend is dit een schitterend nieuw boek over een zeer fascinerend thema binnen onze geschiedenis. De auteur is erin geslaagd om een zeer leesbaar en bruikbaar boek te schrijven, dat niet alleen bruikbaar is voor gewone lezers, maar ook voor historici en docenten Geschiedenis, die de Opstand als examenthema moeten behandelen, aangezien het boek het examenkatern precies volgt. Hopelijk volgen er meer van zulke mooie uitgaven.
De Beeldenstorm • Van oproer tot Opstand in de Nederlanden , door Jan J.B. Kuipers
Aanbieding: € 19,99 € 29,95