woensdag 27 november 2024

High van de Zeeuwse mist

Jeugd- en popcultuur in Zeeland, 1965-1975

Zaterdagmiddag 14 december presenteert schrijver Jan J.B. Kuipers in de Zeeuwse Bibliotheek in Middelburg High van de Zeeuwse mist. Jeugd- en popcultuur in de delta, 1965-1975. Het boekje omvat 109 pagina's en is een uitgave in de PPF-reeks van ZB Bibliotheek van Zeeland, met medewerking van de Stichting Vrienden van de Zeeuwse Bibliotheek.


De presentatie vindt plaats tijdens de Vriendenmiddag 2024. Inloop vanaf 14:00 uur, het programma begint om 14:30 uur. De entree is gratis voor Vrienden van ZB en voor niet-vrienden € 5,00. De opbrengst van deze middag komt ten goede van het werk van de Vrienden van de ZB.

De sixties hebben allang mythische proporties aangenomen. Ze worden verheerlijkt, verfoeid en alles ertussen. De samenleving werd grondig opgeschut. Het decennium begon volgens velen eerder in 1965 dan in 1960, en duurde tot ongeveer 1975. 

Ervaringen

Kuipers zet in High van de Zeeuwse mist vooral aan de hand van eigen en andermans ervaringen de ontwikkelingen in dit decennium kleurrijk op een rij. 

De focus ligt op de popmuziek die te horen was in cafés, clubs, buurthuizen en op podia in de buitenlucht en de daarbij behorende ‘sien’, waar geestverruimende consumptie en politiek activisme om voorrang streden. Grote namen komen voorbij, zoals Pink Foyd, Pretty Things en natuurlijk de ‘eigen’ Zeeuwse psychedelische band Dragonfly.

Over Nederlandse subculturen publiceerde Kuipers in recente jaren Dwepers en dromers. Tegenculturen in Nederland 1890-1940 (2020) en De vlucht naar boven. Tegenculturen in Nederland in dejaren zestig en zeventig (2023). Over Zeeuwse pop- en jeugdcultuur schreef hij Brommers, gitaren en spandoeken. Vijftig jaar jong in Zeeland (2005).

Vinyl

Uitgangspunt van de Vriendenmiddag 2024 is het Muziekblog van de ZB. Bij het programma op het Plein op de begane grond wordt voor het thema 1965-1975 aansluiting gezocht bij de ZB-collecties grammofoonplaten, foto’s en affiches uit deze periode. 

Naast de presentatie door Jan J.B. Kuipers is er een muzikaal intermezzo door Sjef Hermans & Friend. Verder een gesprek tussen vinylverzamelaars; conservator Sanne van Splunter vertelt over aanwinsten en ontwikkelingen van de Bijzondere Collecties ZB. Muziekcentrum Middelburg verkoopt tweedehands vinyl. Vanaf 16.30 uur is er een Vriendenborrel.


Bekijk ook:

https://wijzijndestad.com/verhalen/een-mooie-vriendenmiddag-in-de-zb-met-jan-jb-kuipers-sjef-hermans-en-meer/


Zie HIER een overzicht van mijn artikelen op Historiek.

zaterdag 2 november 2024

De mist van KREST

Als je met Paul van Leeuwenkamp in een Utrechts etablissement zit, moet het gesprek wel uitkomen op halfvergeten schrijvers en obscure tijdschriften. Daar kende ik er ook nog wel eentje van: KREST (met hoofdletters). De vraagtekens hoopten zich zodanig op, dat het gesprek werd voortgezet per mail. Paul dook in de oceaan van Fandata en vond de nummers 1, 3 en 4, alle uit 1981. Het blad was geregistreerd in Fandata wegens verhalen van verder ‘niet voorkomende auteurs’, aldus Paul. 

* Oorspronkelijk gepubliceerd in: 

Fantastische Vertellingen 45(2024)70, 82-85. *

Volgens de bibliografieën was ik niet in het blad vertegenwoordigd. O jee, foutje, nalatigheidje! Mijn broer Gert en ik zijn wel degelijk vertegenwoordigd in KREST, en wel met het verhaal ‘’t Laatste uur op vrijdagmiddag’ in nr. 3, pag. 20-21: één pagina tekst aan de linkerzijde van de spread en, geheel tegen de Ongeschreven Regels in die toen nog golden, rechts een paginavullende illustratie van een onbekende, behoorlijk bekwame tekenaar.


KREST is een relatief enigma. Ik moet ergens over het blad hebben gelezen, anders had ik uiteraard geen verhaal ingestuurd. Maar waar? Holland SF? Of Fantastische Vertellingen, één van de adverteerders, met een wervingspagina voor de bundel Satanische Vertellingen

Ik ben bang dat het inzake KREST bij één of misschien anderhalve jaargang is gebleven, er is praktisch geen informatie over deze titel op het web te vinden. 

Het colofon van nr. 3 heldert een en ander op. KREST was gevestigd in Hilversum. Het blad werd gedrukt bij Leeuwenberg in Amsterdam en gedistribueerd door het destijds bekende Drukwerk, actief vanaf 1974 als (vooral) stripuitgeverij en ook adverteerder in KREST.

Het was een mooi tijdschrift in A4-formaat, met zwart-wit binnenwerk. Nr. 3 bevat vooral strips, aangevuld met enkele korte verhalen van maximaal 500-600 woorden door Eddie de Paepe, Wim van Steenveldt en mijn broer en ik. De beeldverhalen zijn van onder anderen Eric Heuvel, Martin Valkhoff en Peter Elzinga. Zo’n twintig medewerkers worden in het colofon van dit nummer vermeld. Peter Elzinga en Eddie (E.J.) de Paepe waren centrale figuren. Elzinga beheerde de advertenties, De Paepe de kas. Als centerfold waren acht uitknipbare ansichtkaarten in stevig karton opgenomen, die je ook los kon bestellen (8 voor fl. 4,--), evenals posters (fl. 3,--).

Ons verhaal in nr. 3 bezit een vage zweem van Kafka’s ‘De gedaanteverwisseling’, maar is ook gebaseerd op onze herinneringen aan een Zeeuws-Vlaamse dorpsschool. Verder is er sprake van een bekend SF-motief: realiteitsverandering, gepaard met de komst van verontrustende aliens. 

De titel verwijst naar de ooit wijdverbreide gewoonte om de laatste lessen op vrijdagmiddag te wijden aan geschiedenis. Maar in plaats van de Slag bij Nieuwpoort (1600) wordt nu plots herdacht dat ‘de tweede draad versmolt, zodat de macht der lijnen een feit kon worden’. In 1789, het jaar van de Franse Revolutie, keert in de nieuwe realiteit de herder Twynim terug, om ons te bevrijden van de boze nimf Kettris. Onloochenbare feiten, beseft de aanvankelijk in verwarring gebrachte onderwijzer, terwijl buiten een enorm hemelschip landt en een wijk verplettert. Waarom is het hier trouwens zo ondraaglijk licht? ‘Maar toen begon de vertrouwde gelige mist op te walmen en alle vormen en kleuren vervaagden snel in de zo eigen, barmhartige schemering.’ En zo is het ook gesteld met KREST: een blad, omhuld door de nevels van het verleden waarin het snel verdween.



***
Misschien ook leuk:

De vlucht naar boven

Tegenculturen in Nederland in de jaren zestig en zeventig

'De mens is niet om te lijden in de wieg gelegd,' schreef Simon Vinkenoog in 1967. Het tekent de mentaliteit van de toenmalige tegencultuur, een verbijsterend palet van activisme, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit. Onmiddellijke ontsnapping aan de knellende banden van de maatschappij was het doel: een vlucht naar boven op de vleugels van idealen of drugs, of allebei. Jan J.B. Kuipers schetst de diverse bewegingen en figuren die de jaren zestig en zeventig tekenden, en vraagt zich af in hoeverre er sprake was van iets nieuws en waar al die zogenaamde vernieuwing in uitmondde.

"Wat een tijden! Waarnaar je gaat terugverlangen door Kuipers' boek." | 
Mario Molegraaf in Zeeland

zaterdag 26 oktober 2024

Aandacht voor de TIJDGEEST in BALLUSTRADA

 

De dubbele najaarsuitgave van BALLUSTRADA is uit! Een speciale uitgave deze keer. De harde kern van dit nummer heeft namelijk als thema ‘tijdgeest’. Overigens niet uitsluitend over de geest van onze tijd. 

Pieter Ippel neemt het voortouw. Hij introduceert de Duitse filosoof Herder, omdat hij de term tijdgeest gemunt heeft. Tegelijkertijd waardeert hij hem als een van de eerste pioniers van een humanistische filosofie ten aanzien van mens en maatschappij, waar ook ter wereld. Dichter Kees Klok vergelijkt vervolgens, deze keer als historicus, de verschillende tijdgeesten van de vaak verkeerd beoordeelde 18de eeuw. Hij bestrijdt het cliché dat de eeuw een gezapig intermezzo was tussen twee meer enerverende perioden. In eigen land was er immers zelfs sprake van een revolutionaire situatie die leidde tot een opstand van de Patriotten tegen de heersende klasse van regenten. 

Remko van Broekhoven pleit in zijn zeer persoonlijke bijdrage voor een afstand nemen van de heersende tijdgeest(en). Oneigentijdsheid is een begrip dat Friedrich Nietzsche in verschillende publicaties gehanteerd en uitgewerkt heeft.

Hans van Willigenburg fileert in op zichzelf staande fragmenten een rijtje gebeurtenissen, aannames die te maken hebben met de woke-epidemie. En stelt min of meer los daarvan vast dat Maarten van Rossem tot een persiflage van een intellectueel is verworden. 

Ook columnist Minor doet een aanval op de woke-cultuur, maar op andere wijze. André van der Veeke vertelt over zijn ervaringen met zijn vaders Arbeitsgeschichte in Duitsland. En daarmee samenhangend richt hij een kritische blik op het vorig jaar onthulde Razzia-monument van beeldend kunstenaar Anne Wenzel. 

Jan J.B. Kuipers brengt in aflevering 30 van 'De juiste verkeerde verbanden' de zelfhaat in beeld van het postchristelijke Westen.

(Tekst vervolgt onder de afbeelding.)


Wim Hofman transformeert een oud verhaal met Chinese wortels naar deze tijd. En laat een vrouw zichzelf en de wereld overwinnen, los van welke tijdgeest dan ook. Johan Everaers vindt dat de tijdgeest zich wel eens wat meer mag bemoeien met het beletselteken. Theo Raats beschrijft de ondergang van de euforie en Jos Rouw laat een nostalgische veerboot opdoemen in een fragmentje uit zijn eerste roman. 

Paul van der Velde herinnert zich een opstandig, of liever gezegd baldadig verleden in de jaren zeventig. Ko de Jonge schrijft over zijn contacten met Josephine-Marie Rauer. Zij werkt aan haar masterscriptie over een mail-art tentoonstelling in 1978 in Oost-Duitsland, waar De Jonge ook aan deelnam. Hoe verliep de artistieke communicatie tussen de deelnemers uit het Westen en het Oostblok, is haar centrale vraag.

Poëzie die de tijdgeest schampt, komt van Kees EngelhartWill van BroekhovenJob DegenaarKees Hermis. Er is bovendien sprake van een nieuwe rubriek met de naam DE REEKS, waarin een dichter een samenhangende reeks gedichten met een korte inleiding introduceert. Marc Tritsmans is de eerste deelnemer met Een enkele reis. Verder zijn er poëtische bijdragen van Hendrik CaretteElise VosJabik VeenbaasRenaat Ramon. En met de tijd of tijdgeest samenhangend proza van Dianne HoogstrateGuido Eekhaut en Helge Bonset.

De illustratieserie in het nummer bestaat uit collages. In de vorm van een leporello is dit werk ontstaan door actie en reactie tussen Toon Joosen en Ko de Jonge. Deze leporello 'Tijdgeest' zal in december samen met andere in een speciale expositie te zien zijn bij Roofprint Pers, Bellinkstraat in Middelburg.


***

Neem nu een abonnement of bestel het nieuwe nummer!




Los dubbelnummer € 12,50 | Abonnement € 20,00, 4 nummers inclusief porto
Bankrekening NL35 ABNA 049 92 02 864 t.n.v. Stichting Zeeuws Licht


Redactie: André van der Veeke, Jan J.B. Kuipers, Johan Everaers, Ko de Jonge.
Vaste medewerkers: Kees Klok, Paul van Leeuwenkamp, Thom Schrijer, Jos Rouw (webzaken)


Contact: avdveeke@zeelandnet.nl

(Tekst vervolgt onder afbeelding.)


maandag 9 september 2024

Bemoste Beeld Prijs 2024

Zaterdag 7 september: op de jaarlijkse Fantasticon in Nieuw-Vennep de Bemoste Beeld Prijs in ontvangst mogen nemen uit handen van Paul van Leeuwenkamp, met het bijbehorende beeldje (wisseltrofee) en fraaie oorkonde, beide van Tais Teng.



De Bemoste Beeld Prijs is een van de leukste awards uit het Nederlandse genrewereldje (SF, Fantasy, Horror), want zowel Obscuur als Fameus, en niet al te zwaarwichtig. Blij mee. 

Waarom eigenlijk gekregen? Vanwege meer dan 40 jaar (om precies te zijn 46) activiteit als schrijver (die tegenwoordig ook weer een aantal van zijn eigen verhalen illustreert) in het genre.

In zijn speech noemde Paul ook nog mijn in 2022 overleden broer en coauteur Gert P. Kuipers, wiens verjaardag het zou zijn geweest. Onze laatste coproductie was TIGONIUS, een werkje dat buitensporig lang lag te rijpen voordat het door Remco Meisner van Fantastische Vertellingen werd uitgegeven in zijn Rare Boekjes Reeks.

Recente fantastische verhalen van mijn hand (2024): ‘Het truffelveld’ in HSF  nr. 286; ‘Operatie schildpad’ in Wonderwaan 54; ‘Het kasteel van de lange schaduw’ in  Ganymedes-24, waarin ook mijn gedicht ‘Paleisrevoluties’ is opgenomen. Binnenkort verschijnt ‘Loreley’ in de negende editie van het EdgeZero-jaarboek, terwijl er een e-boekversie uitkwam van enkele Skannal-verhalen als Smashwords Edition: Skannal de Trouweloze.


(Tekst vervolgt onder afbeelding)

V.l.n.r. Jan Kuipers, Paul van Leeuwenkamp, Tais Teng. 
(Foto's H.M.D. Dekker.)

Bespreking van 'Het kasteel van de lange schaduw' in Ganymedes-24 door Jos Lexmond op ncsf.nl:
"Prachtig verhaal! Verteld met een beheersing van de taal, die weergaloos is. Al lezende werd je de schimmenwereld van de vertelling ingetrokken, waarmee je deel werd van het vertelde. Bij het langzaam uitdoven van het verhaal, waarbij een hint van een volgende keer met succes zindert, zijn geen van de beoogde doelen bereikt en blijf je jammerend achter. Iets wat Jan J.B. Kuipers wel is toevertrouwd!"

***

Misschien ook leuk:

HOUTEN TROUW

  • Nederlands 
  • Paperback 
  • 9789078720584 
  • 10 juli 2018 
  • 244 pagina's
    • € 21,95 incl. verzendkosten

‘De aarde is de enige vreemde planeet’, aldus een themanummer van Wonderwaan dat Jan J.B. ­Kuipers ooit samenstelde. Het geldt ook voor Houten trouw. Alle verhalen zijn gebonden aan onze eigen vertrouwde, onberekenbare planeet: licht surreële vertellingen, van bijdragen aan de Karelepiek en Beowulfcyclus tot het roemruchte popfestival van Kralingen in 1970. Wat is de charge van de herten? Wat had ouwe Emmergi te maken met de brand van het pakhuis? Hoe bereik je het meer van Kitesj? Waar bleef het hoofd van koningin Cynethryth? Klemmende vragen, die doorgaans naar nieuwe, ­labyrintische verschieten voeren. Gelukkig wijzen talloze nieuwe personages de weg in deze collectie, maar ook vertrouwde karakters zoals de onverwoestbare doctor Buguraz. En op de achtergrond brengt het Biosofisch Instituut onvermoeibaar de werkelijkheid in kaart.


Kuipers is vergeleken met uiteenlopende schrijvers als Jorge Luis Borges en R.A. Lafferty. Met Borges heeft hij de verlicht ­filosofische inslag gemeen, met Lafferty de verhalen waarin schaduwen groter zijn dan hun personages. Licht en schaduw – het doek gaat op!


‘De kern van zijn schrijverschap: de kracht van het woord.’
- Paul van Leeuwenkamp

‘Waar Kuipers ook het licht van zijn toverlantaarn laat schijnen, de Schaduwen doemen vanzelf op.’
- Marcel Orie

Bevat de verhalen:
Afspraak voor de muren
Gestalte op de heuvel
Sebastiaans oorlog
Kitesj
De voorspelling
Omtrent Hygelac
Zeepaardje
Verse herinneringen aan prins Joeri
Houten trouw
Hudson
Offa’s bruid
De brug
De ijzeren arm
Paars waas
Het stoomschip


zaterdag 24 augustus 2024

1 van 111: een oase in een oase

Noord-Beveland een eiland van rechte lijnen en kusttoerisme? Deels wel, maar ook een eiland van verrassende hoekjes, veel groen, historie en kunst. In de jongste herdruk van ons boek 111 plekken in Zeeland die je gezien moet hebben behandelen we zeven van die bijzondere plekken. Niet alleen Marina Kamperland of de Dijkwerkers van Peter de Jong, maar ook De Zeeuwse Oase bij Kats: een oase in de oase van een ‘eindeloos eiland’.

De Zeeuwse Oase is in 1995 gesticht als De Zeeuwse Rozentuin. Vanaf het begin ging deze tuin een verband aan met beeldende kunst. En nu is er de grootste sortering rozen (meer dan duizend) en clematissen (meer dan honderdtwintig) van Nederland en ver daarbuiten, maar je kunt hier ook op je gemakje wandelen in de landschapstuin van vijf hectare, exposities bekijken, cursussen volgen, zo nu en dan een concert, wijnproeverij of fair bezoeken enz. enz.

Want Zeeland is meer…

(Tekst vervolgt onder de afbeelding.)

De Zeeuwse Oase (foto HMD Dekker, 2024).

Want Zeeland is meer dan strand, duinen, mosselrestaurants, folkloresport in klederdracht. Meer dan monumentale lijstgevels, middeleeuwse kerken, de deftigheid van buitenplaatsen in het groen. Wel eens aan de Rattekaai geweest? U beziggehouden met Zeeuwse struisvogelolie?

Zeeland is een dynamisch gebied met een meervoudige identiteit: eeuwenoud mondiaal handelsgewest én agrarisch arcadië. Dit boek voert langs 111 Zeeuwse plekken die u gezien moet hebben. Plekken die u voeren achter de sluier van de traditionele reisgids.

De auteurs

Jan Kuipers publiceerde ongeveer 85 boeken voor volwassenen en kinderen. Ook was hij stadsdichter van Middelburg. Een flink deel van zijn werk betreft zijn geboorteland: de provincie Zeeland in heden en verleden. Heleen Dekker werkte decennia in de zorg. Daarnaast houdt zij zich al vele jaren bezig met fotografie. Haar werk verscheen in tijdschriften en boekpublicaties.

Zeeland  *  geschenkidee  *  streekgids 

Over de serie

De 111 PLEKKEN-boeken beschrijven steden en regio’s vanuit een eigenzinnig en persoonlijk perspectief, bieden de beste insidertips en slaan andere wegen in, weg van de toeristenpaden.

Met charme en humor worden buitenissige, merkwaardige en verrassende plekken beschreven en vertellen deskundige schrijvers spannende verhalen. De boeken hebben een helder grafisch concept en zijn inspirerend om te lezen. 

De bonte mengeling van onderhoudende verhalen, eigenwijze wetenswaardigheden en sfeerrijke foto’s nodigt zowel stads- en streekbewoners als toeristen uit om plekken te bezoeken die ze daarvoor nog niet kenden.

 

111 plekken in Zeeland die je gezien moet hebben pretendeert áchter de reguliere reisgids te kruipen. Die pretentie wordt waargemaakt. Hulde.”

Jan van Damme, PZC


111 PLEKKEN IN ZEELAND DIE JE GEZIEN MOET HEBBEN


Paperback, 13,5 x 20 cm, 240 pagina's, 120 illustraties in kleur, derde herziene druk 2023

ISBN 978 90 6868 680 7, prijs € 17,95

dinsdag 13 augustus 2024

Afscheid van Ramon de Boswachter

Toespraak van Karel Leeftink namens Karel en de Boswachters resp. de Boswachters b.d., tijdens de uitvaartbijeenkomst van Ramon de Nennie in Kipvis, Vlissingen, 8 augustus 2024.

Halflege dorpshuiszaaltjes, schier verlaten festivalveldjes, een handjevol fluisterende, o zo amicale dames van middelbare leeftijd of erger – die als het even tegenzat, meezongen –, wat speelse, veel te luidruchtige kinderen met hun slobberige ouders, die het na een minuut of vijf wel voor gezien hielden, een toevallige passant, een stuk of wat toogzitters , dat was op een enkel verbijsterend succes na het lot van Karel en de Boswachters, de totaal ondergewaardeerde band van verdriet en ellende, van rampen en tegenspoed, die ondanks tomeloze geestdrift, niet te temmen ambities, literaire en muzikale kwaliteiten nooit het grote publiek wist te bereiken, nimmer de aandacht en belangstelling, bijval en bewondering, waardering en appreciatie kreeg, die-ie zo verdiende.

Wellicht waren het de hemeltergende en ijzingwekkende vocale kwaliteiten van de lead singer, die tot dit fiasco, deze zeperd en flop leidden, want aan het instrumentale kaliber, het muzikale gehalte van de overige bandleden kan het niet gelegen hebben. Bassist Jan, die ietwat onderkoeld, ingehouden, kalm en bedaard zijn instrument alles liet doen wat hij ervan verlangde, Frank, die met een niet te evenaren flair, vuur en zwier er uitbundig, ongetemd en bandeloos op los roffelde, trommelde, hamerde en sloeg, de later toegetreden achtergrondzangeres Heleen en natuurlijk Ramon, het hart van de band, die vrijwel elk instrument wist te bespelen dat hij in handen kreeg. 

Kerstclip met Jan, Heleen, Frank.
Of het nu een wormstekig, uit zijn voegen gespeeld keukenorgeltje was, een soms net niet, net wél valse mondharmonica, een van alle gemakken en ongeziene mogelijkheden voorziene Hammond, een naar zijn zeggen Ierse herdersfluit, een folkloristisch trommeltje of één van de vele gitaren, die hij in de loop van tien jaar Boswachters verbruikte, Ramon, wist er wel raad mee. En laten wij vooral ook zijn zang niet vergeten, die net als die van genoemde lead singer de pijngrens bij menigeen regelmatig deed verleggen….

Maar naast zijn niet te missen bijdragen aan de repetities in een regelmatig
wisselende ambiance en setting van de oefenruimtes –
 werd-ie als kunstenaar door een cultuuronvriendelijke overheid niet van de ene naar de andere locatie verjaagd? –, en optredens, was Ramon vooral ook de componist van de muziek van de meeste door de Boswachters geschreven songs, een repertoire, een oeuvre, dat in de recente Nederlandse muziekgeschiedenis zijn gelijke niet kent.

Je gaf Ramon drie woorden en hij maakte er wel een melodie bij, die niet alleen muziektechnisch knap in elkaar stak en al gauw voor herkenning zorgde en tot meeneuriën noopte, maar ook overeenkwam, rijmde, strookte, harmonieerde met de inhoud van het geschrevene. Dat-ie daarna soms toch wat knorrig, brommig, kregel en narrig de zijns inziens niet geheel juiste interpretatie ervan door de overige bandleden gispte en hekelde, was een kleine prijs, die zij graag betaalden.

Karel (foto HMD Dekker)

Want juweeltjes als “Vergeten gaat vrij goed”, “Moederziel”, “Een kindergraf”, “Mannenpijn”,  de mega-hit “Kerstmis in de bossen” en "Het is overal even erg" waren nooit zo geworden als Ramon de muziek niet bij de meeste geschreven zou hebben.

Het opus magnum echter van de band, om daarmee af te ronden, was het door Ramon geschreven en op muziek gezette “Maak een feest van het leven”, met het in het licht van deze bijeenkomst zo uitermate schrijnende en schurende tweede zinsdeel ”het is maar zo kort….”

Ramon, wij weten niet in welk hiernamaals je bent en of  je dit alles meekrijgt, maar waar dan ook, “Veel dank en het ga je goed, jongen!”

 

Ramon (foto HMD Dekker)

maandag 5 augustus 2024

‘Lieflijk, vredig en idyllisch bekoorlijk’

Het toevluchtsoord van Henriette Roland Holst


Socialiste en dichter Henriette Roland Holst (1869-1952) is er één uit een wolk van kleurrijke figuren in mijn boek Dwepers en dromers. Tegenculturen in Nederland 1890-1940. Zij ontwikkelde zich van strijdbaar socialiste tot communiste, om uiteindelijk in religieus-socialistische sferen te arriveren. Altijd op de bres voor de massa van arbeiders, waarvan haar idee steeds minder strookte met de realiteit, kon zij haar ideeën tijdens periodes in relatieve afzondering ontwikkelen – dankzij haar materiële rijkdom.


Met haar man, de kunstenaar en criticus Rik (Richard) Roland Holst, trok zij zich bij voorkeur terug op ‘een plek zoo lieflijk, vredig en idyllisch bekoorlijk, dat elk mensch, die daar komt, door haar stille, blije harmonie getroffen wordt.’ Henriette (zij gebruikte het trema in haar voornaam niet) schreef dit over haar zomerverblijf de Angorahoeve, in de bossen bij Achtmaal in de omgeving van het Noord-Brabantse Zundert.

Tekst vervolgt onder de afbeelding.

Angorahoeve, foto H.M.D. Dekker


De Angorahoeve werd in 1900 als zomerwoning voor het echtpaar gebouwd, in opdracht van de moeder van Henriette. Richard Roland Holst maakte het ontwerp van het witte, met riet gedekte landhuisje met veranda. Hij kreeg ook een eigen atelier op het landgoed, ontworpen in de stijl van de Amsterdamse school door Nederlands eerste vrouwelijke architect Margaret Staal-Kropholler. Het heeft een vliegervormige plattegrond en een hoog rieten dak met flinke overstek. deuren, raamstijlen, schoorsteenmantels met beeldhouwwerk, een gestileerde druppel boven de zuiddeur en de vaste boekenkasten – allemaal gedecoreerd met Amsterdamse-schoolachtige motieven. De ruitjes van albast in de zuiddeur zijn een geschenk van de bevriende architect Wijdeveld. Na een brandstichting in het Atelier in 2011 vond herbouw plaats door de huidige eigenaar Natuurmonumenten.

Tekst vervolgt onder de afbeelding.

Het Atelier, foto H.M.D. Dekker

Herenkamer

Op de Agorahoeve schreef Henriette haar poëzie, beschouwingen, historisch en ander werk, zoals tegen het eind van haar leven haar autobiografie Het vuur brandde voort. Rond 1919 overwoog het paar zelfs om zich permanent op dit landgoed te vestigen, maar Henriëtte zag daar toch maar vanaf.

De Brabantse afzondering was inderdaad relatief. Het gastenboek van het huidige rijksmonument bevat vele namen van geestverwante kunstenaars en politici. Onder die gasten waren bijvoorbeeld dichter en schrijver Herman Gorter, architect Hendrik Berlage en kunstenares Charley Toorop, allen ook aanwezig in Dwepers en dromers. De bijeenkomsten vonden plaats in de Herenkamer van de aanpalende, in 1809 gebouwde Buisse Hoeve. De gasten logeerden in de slaapkamers boven de Herenkamer.
Tot haar dood in 1952 bleef Henriëtte, ‘de muze van het socialisme’,  ‘s zomers vaak terugkeren naar haar ‘plek zoo lieflijk, vredig en idyllisch bekoorlijk’.


'Het fraai uitgevoerde Dwepers en dromers bevat interessante, steeds boeiende, beschrijvingen van tal van wereldverbeteraars in de periode 1890-1940.'
– Wolter Blankert, Maatschappij & Politiek

***

Misschien ook leuk van dezelfde uitgever:

De vlucht naar boven

Tegenculturen in Nederland in de jaren zestig en zeventig


'De mens is niet om te lijden in de wieg gelegd,' schreef Simon Vinkenoog in 1967. Het tekent de mentaliteit van de toenmalige tegencultuur, een verbijsterend palet van activisme, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit. Onmiddellijke ontsnapping aan de knellende banden van de maatschappij was het doel: een vlucht naar boven op de vleugels van idealen of drugs, of allebei. Jan J.B. Kuipers schetst de diverse bewegingen en figuren die de jaren zestig en zeventig tekenden, en vraagt zich af in hoeverre er sprake was van iets nieuws en waar al die zogenaamde vernieuwing in uitmondde.

"Wat een tijden! Waarnaar je gaat terugverlangen door Kuipers' boek."

Mario Molegraaf in Zeeland


Foto H.M.D. Dekker


High van de Zeeuwse mist

Jeugd- en popcultuur in Zeeland, 1965-1975 Zaterdagmiddag 14 december presenteert schrijver Jan J.B. Kuipers in de Zeeuwse Bibliotheek in Mi...