vrijdag 4 juli 2025

Een hellehof en een comfortabel vakantiehuis

In 1959 verscheen bij de Wereldbibliotheek een Nederlandse vertaling van de kleine roman De Hellehof  van de Bosnische schrijver Ivo Andrić. Het boek verhaalt de belevenissen van de Bosnische monnik Broeder Petar in het Huis van Bewaring in Istanboel, waar figuren met uiteenlopende achtergronden worden vastgehouden, vaak alleen maar om de directeur een goed losgeld te bezorgen.

De blurb op de achterflap: “De vraag naar schuld of onschuld wordt nauwelijks gesteld aan de arrestanten, die zich in de gemeenschappelijke cellen en op de schaduwplekjes van de gloeiende binnenhof ophouden. Na maanden keert de Bosnische monnik naar zijn klooster terug. In zijn geest vloeien alle verhalen, die hij op de vervloekte binnenplaats van eerlijke en oneerlijke lieden heeft moeten aanhoren, in elkaar over tot een schakelvertelling, waarin werkelijkheid en symboliek naar oosterse trant vermengd worden, maar die naar westerse inslag schijnt gericht te zijn op het wezen van het menselijk bestaan zelf.”

Tegelijkertijd maakt de lezer kennis met de modderige corruptie in de nadagen van het Ottomaanse rijk, en met het centraal in de vertelling staande personage Djamil, een rijke jongeman die een ontluisterend einde tegemoet gaat, omdat hij ervan overtuigd raakt dat hij de historische figuur Dsjem is, de ongelukkige broeder van de sultan.

Amsterdam/Antwerpen: Wereldbibliotheek, 1959
Vertaling: C.W. Sangster-Warnaars
Bandtekening: Frederique Spaanderman
Oorspronkelijke uitgave: Prokleta avlija, 1954

Ivo Andrić (1892–1975) had tijdens zijn leven ook te maken met de altijd maar door malende molens van de macht, zij het minder grotesk en fataal dan zijn personages in De Hellehof. Integendeel: internationale lof, welstand en een schitterende loopbaan vielen hem ten deel – hij moest alleen een beetje op zijn tellen passen onder het communistische bewind van Joegoslavië, vanwege zijn eerdere werkzaamheden als diplomaat.

Andrić werd geboren op 9 oktober 1892 in Dolac in het huidige Bosnië en Herzegovina. Hij groeide op in een katholiek Kroatisch gezin in Visegrad, een stad die later een belangrijke rol speelde in zijn literaire werk. Andrić studeerde aan universiteiten in Zagreb, Wenen, Krakau en Graz, waar hij in 1924 promoveerde in de filosofie.

Huis van Andrić, Herceg Novi
(foto HMD Dekker)
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd hij korte tijd gevangengezet vanwege zijn betrokkenheid bij de Zuid-Slavische nationalistische beweging. Na de oorlog trad hij in diplomatieke dienst voor het Koninkrijk van Serven, Kroaten en Slovenen (later Joegoslavië). Hij was onder meer werkzaam in Rome, Madrid, Genève, en Berlijn, en diende in de jaren dertig als ambassadeur in Berlijn.

De Hellehof is zeker niet zijn bekendste werk. Dat is De brug over de Drina (1945), een historische roman over het leven in Visegrad door de eeuwen heen. Het boek is daarmee een portret van de multi-etnische samenleving in Bosnië. Een ander belangrijke werk is De kroniek van Travnik.

In 1961 ontving Andrić de Nobelprijs voor Literatuur, als erkenning voor zijn ‘epische kracht’ en zijn ‘verhalen die het lot van mensen binnen de geschiedenis van zijn land onthullen’. Hij overleed op 13 maart 1975 in Belgrado.

Waarom aandacht voor Ivo Andrić op deze plek? Eigenlijk toeval. Bij de voorbereiding van een vakantieverblijf in Herceg Novi aan de Baai van Kotor (Montenegro) in mei 2025 stuitte mijn partner Heleen op Andrićs tot museum omgevormde huis uit 1962/63, waar hij woonde in de periode 1963-1968. Het werd gebouwd naar een project van de Belgradose architect en schilder Vojislav Đokić. Andrić trok er twee jaar na het winnen van de Nobelprijs in met zijn vrouw Milica Babić. De vijf jaar in Herceg Novi waren erg gelukkig voor het paar: "De Venetianen, Turken, Spanjaarden, Russen, Oostenrijkers vochten om de Baai van Kotor… Hoe konden ze niet praten over zulke schoonheid?"

Andrić in Herceg Novi, ca. 1968
Adres : Njegoševa 79

Openingstijden : maandag - zaterdag van 9.00 tot 21.00 uur en zondag van 10.00 tot 18.00 uur

Meer informatie hier








***

Misschien ook leuk:



De Nederlandse samenleving veranderde razendsnel aan het eind van de negentiende eeuw. Oude, vertrouwde waarden wankelden door een stroom aan nieuwe ideeën en levensstijlen. Alles moest anders: de inrichting van de maatschappij, de omgang met het lichaam en ook religie en spiritualiteit. Anarchisten, vegetariërs, theosofen, spiritisten, utopische kolonisten, feministen, strijders voor homorechten: de verschillende stemmen van linkse activisten tot ultrarechtse ‘trekvogels’ en reactionaire cultuurcritici vormden een verwarrend koor.

'Jan J.B. Kuipers belicht de versplintering van het levensbeschouwelijke landschap in een periode die werd gekenmerkt door vaak extreme opvattingen. Hij laat de lezer kennismaken met de vaak grillige vertegenwoordigers van een onversneden individualisme.'


Bij dit boek is een interessante PODCAST gemaakt, te downloaden via Podcast Hoog Tijd - Dwepers en dromers of in iTunes of Spotify (zoek op "Hoog Tijd")


'Kuipers heeft een boek geschreven waarin recht wordt gedaan aan al die idealistische strevers naar een betere wereld.'

Willem Huberts in Tijdschrift voor geschiedenis

zondag 8 juni 2025

Onuitroeibare juiste verkeerde verbanden in BALLUSTRADA

'Chaos baart orde en orde baart chaos. Het bevroede begin van de kosmos lijkt verdomd veel op het geprojecteerde einde; dit gaat misschien vooral om de horizon van onze kennis, die steeds wijkt, maar weigert te verdwijnen.' 


Ill. bij aflevering 31 (auteur)
Een citaat uit alweer de 31ste aflevering van 'De juiste verkeerde verbanden', de rubriek van Ballustrada-redacteur Jan J.B. Kuipers. Gaan we de diepte in? Zeker, maar ook deze aflevering is weer een reisje langs interessante onderwerpen en figuren als Bakoenin, Sacher Masoch, Félix Nadar, Utopia, de tweede wet van de thermodynamica, de Christusrol, het revolutiejaar 1848, Chronos en de over hun werkbank gebogen trouwe kameraden van de Jura Federatie.

'woorden in de mond/ spoelen alle klanken schoon', aldus dichter Aschwin van den Abeele elders in het nummer. Tijd om kennis te nemen van het fraai uitgevoerde, jongste nummer van Ballustrada, dat het zonder subsidie en met alleen de achtergrondsteun van de Vrienden van Ballustrada al 39 jaargangen volhoudt!

Ook leuk misschien:

Dwepers en dromers
Tegenculturen in Nederland, 1890-1940
De Nederlandse samenleving veranderde razendsnel aan het eind van de negentiende eeuw. Oude, vertrouwde waarden wankelden door een stroom aan nieuwe ideeën en levensstijlen. Alles moest anders: de inrichting van de maatschappij, de omgang met het lichaam en ook religie en spiritualiteit. Anarchisten, vegetariërs, theosofen, spiritisten, utopische kolonisten, feministen, strijders voor homorechten: de verschillende stemmen van linkse activisten tot ultrarechtse ‘trekvogels’ en reactionaire cultuurcritici vormden een verwarrend koor.

Jan J.B. Kuipers belicht de versplintering van het levensbeschouwelijke landschap in een periode die werd gekenmerkt door vaak extreme opvattingen. Hij laat de lezer kennismaken met de vaak grillige vertegenwoordigers van een onversneden individualisme.
'De culturele eigenaardigheden aan de flanken beschrijft Kuipers met mededogen en verwondering.'
Gerrit-Jan Kleinjan in Trouw/De Tijdgeest

Neem nu een abonnement of bestel het nieuwe nummer!




Los dubbelnummer € 12,50 | Abonnement € 20,00, 4 nummers inclusief porto
Bankrekening NL35 ABNA 049 92 02 864 t.n.v. Stichting Zeeuws Licht


Redactie: André van der Veeke, Jan J.B. Kuipers, Johan Everaers, Ko de Jonge.
Vaste medewerkers: Kees Klok, Paul van Leeuwenkamp, Thom Schrijer, Jos Rouw (webzaken)


Contact: avdveeke@zeelandnet.nl

zaterdag 24 mei 2025

Opnieuw 'Binnenzee' en ook N8vanden8

Zaterdag 14 september 2024 (Open Monumentendag) nam ik in het Watersnoodmuseum te Ouwerkerk deel aan de poëziemanifestatie ‘Dichter bij water’ (thema Binnenzee), georganiseerd door Literair café De Geestgronden in samenwerking met het museum. 

Ik droeg mijn voor dit project geschreven gedicht ‘Memorie van de binnenzee’ voor, en had ten behoeve van een in te richten installatie ook een beeld of vignet over het thema aangeleverd, net als de andere dichters.

Dat waren onder anderen Aschwin van den Abeele, Tijs van Bragt (met muzikale begeleiding van Ries de Vuyst), Aukje-Tjitske, Cathrien Berghout, Johan Meesters, Peter Clijsen en Michael van Oostende.

Vervolg in  juni 2025

De Binnenzee-installatie krijgt een vervolg tijdens een nieuwe expositie onder de titel ‘Vijftien dichters over hun Zeeuwse binnenzee’, van 16 tot en met 20 juni 2025 in de NH Kerk te Haamstede. Een affiche (.pdf en .jpeg) is beschikbaar voor verdere verspreiding. Wie de poster wil ontvangen in hogere resolutie, kan deze op aanvraag verkrijgen. Dit affiche wordt ook opgehangen bij de Drvkkery in Middelburg, De Koperen Tuin in Goes, het Gemeentehuis en de Bibliotheek in Zierikzee, evenals lokaal in Burgh-Haamstede.

De organisatoren hopen op ieders aanwezigheid op vrijdag 20 juni bij de afsluitende bijeenkomst. Meer informatie en tickets:
https://literaircafedegeestgronden.nl/bijeenkomsten/writings-through-the-wall-of-time/

Nieuwe bijeenkomst
‘KLEUR DE NACHT MET WOORDEN’ – 25 oktober 2025, CBK Zeeland

De Geestgronden organiseert op zaterdagavond 25 oktober 2025 een nieuwe poëzieavond, deze keer in het kader van de Middelburgse Nacht van de Nacht ofwel de N8vanden8. Deze vindt plaats bij het CBK Zeeland in Middelburg.

Aan het programma nemen opnieuw alle dichters deel die eerder bij de Binnenzee-expositie betrokken waren, aangevuld met Peter Knipmeijer.
De volledige deelnemerslijst luidt:
Jan JB Kuipers, Aschwin van den Abeele, Michael van Oostende, Tijs van Bragt, Peter Clijsen, Johan Meesters, Hanneke Middelburg, Peter Gielissen, Vos Broekema, Willem van Vliet, Anna de Bruyckere, Aukje-Tjitske, Ingeborg Haalboom, Peter Knipmeijer, Rogier de Jong en Cathrien Berghout.

***

Misschien ook interessant:

De vlucht naar boven

Tegenculturen in Nederland in de jaren zestig en zeventig

'De mens is niet om te lijden in de wieg gelegd,' schreef Simon Vinkenoog in 1967. Het tekent de mentaliteit van de toenmalige tegencultuur, een verbijsterend palet van activisme, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit. Onmiddellijke ontsnapping aan de knellende banden van de maatschappij was het doel: een vlucht naar boven op de vleugels van idealen of drugs, of allebei. Jan J.B. Kuipers schetst de diverse bewegingen en figuren die de jaren zestig en zeventig tekenden, en vraagt zich af in hoeverre er sprake was van iets nieuws en waar al die zogenaamde vernieuwing in uitmondde.

"Wat een tijden! Waarnaar je gaat terugverlangen door Kuipers' boek."

Mario Molegraaf in Zeeland


zondag 4 mei 2025

Derde jubileumjaar voor de 'graal' in Valencia

"De ‘Santo Cáliz’ in de kathedraal van Valencia is vermoedelijk de zorgvuldigst onderzochte miskelk ter wereld. Het zou gaan om de enige echte ‘heilige graal’, de kelk van het Laatste Avondmaal van Jezus en zijn discipelen. Verschillende onderzoeken sinds 1960 hebben de aannemelijkheid van de claim bevestigd, maar een sluitend bewijs is in dit grensgebied van spiritualiteit en wetenschap niet te leveren. Niettemin viert Valencia in oktober 2025 het derde ‘Jubileumjaar van de Heilige Kelk’."

Bovenstaande is de lead van mijn recente artikel in Archeologie Magazine, rond een thema dat de gemoederen al ongeveer een millennium bezighoudt. De graal diende volgens sommige overleveringen uit de overladen verhalenschat rond dit ook al nooit eenduidig omschreven object niet alleen tijdens het Laatste Avondmaal. Het bloed van Christus zou er tijdens de kruisiging in zijn opgevangen door Jozef van Arimathea, de man die Jezus ook van het kruis haalde en in zijn rotsgraf legde. Volgens een belangrijke tak van de traditie (die afwijkt van die van Valencia), zou Jozef de graal naar Glastonbury in Engeland hebben gebracht, waardoor vervlechting met de Arthurlegenden mogelijk werd.

We vinden de contouren van de graaltraditie voor het eerst bij de twaalfde-eeuwse Franse schrijvers Chrétien de Troyes en Robert de Boron. 

De traditie bleef springlevend in de hogere en de volkscultuur, getuige bijvoorbeeld de opera Parsifal van Richard Wagner (1882) en de film Indiana Jones and The Last Crusade (1989).


"Een zo rijke traditie, zoveel sporen en voorwerpen die verwijzen naar de Heilige Graal, maar een bewijsvoering die nooit verder kan komen dan vermoedens of waarschijnlijkheden. Is dat erg?"

***

22 eerdere artikelen en archeologische reisverhalen van mij in Archeologie Magazine:

- Het kasteel van Chillon. De klik van een romantisch dichter met een reformator, 2024 nr. 3, 32-36.

- St. Blasien – grootste koepel benoorden de Alpen. De stenen droom van Martin Gerbert, 2024 nr. 1, 26-30.

- Sint-Ursula en haar ‘Goldene Kammer’. Romeinse beenderen als middeleeuwse relieken, 2023 nr. 3, 56-60.

- Het raadsel Rollo de Wandelaar. Waar kwam de eerste hertog van Normandië vandaan? 2022 nr. 4, 28-31.

- Sporen van een Hollandse invasie. Gran Canaria vergat aanval in 1599 niet, 2021 nr. 5, 54-57.

- De bakermat van een keizer. Bonaparte in Ajaccio, 2020 nr. 3, 60-63.

- Een koningspaar aan de Donau. Zoektocht naar sporen van Gisela van Beieren en Stefanus van Hongarije, 2019 nr. 3, 30-33.

- Veldslag uit 1568 herleeft elke dag. Het herinneringslandschap van Heiligerlee, 2017 nr. 6, 48-50.

- Hier huwde Richard Leeuwenhart. Het kasteel van Limassol, 2017 nr. 3, 54-57.

- Glorie en ondergang van Ayla, 2016 nr. 5, 54-57.

- Akko, laatste bolwerk van de kruisvaarders. Bovenstad en ondergrondse stad tonen talrijke historische sporen, 2014 nr. 5, 6-9.

- De Staats-Spaanse Linies herleven op eigen benen. Van conflict naar cultuur en natuur, 2013 nr. 5, 40-43.

- De eeuwige rust van de goddelijke dichter. Het wel en wee van Dantes graf in Ravenna, 2013 nr. 2, 52-54.

- De Koningsgraven van Paphos. Dodenstad van ‘Egyptisch Cyprus’, 2010 nr. 2, 52-55.

- Het paleis, de fontein en de roos. Bakchivsaray, monument van Tartaarse cultuur, 2009 nr. 1, 6-9.

- Dertien dode keizers. Minggraven omvangrijke ‘parel’ op de Werelderfgoedlijst, 2007 nr. 4, 35-39.

- Monument verdronken dorpen op Noord-Beveland, 2005 nr. 5, 6-9.

- Historic District van Skagway laat goudkoorts herleven. Monumentenzorg en archeologie in Zuidoost-Alaska, 2005 nr. 2, 16-20.

- Totempalen in Alaska en Brits Columbia, 2004 nr. 5, 26-30.

- Archeologie van een drijvend paleis, 2004 nr. 1, 54-57.

- De erfenis van Erik de Rode. Vikingmonumenten in Groenland, 2003 nr. 1, 27-32

- Monument voor Zeeuwse verdronken dorpen. Stormvloeden schiepen archeologische schatkamers, 2002 nr. 3, 70-75 (met Robert van Dierendonck)

*



Prijs € 15,00
ISBN 9789462499843
Uitvoering Hardback
Aantal pagina's 248

woensdag 23 april 2025

Overal even erg, behalve in Kipvis

 Een geslaagde middag in Kipvis, Vlissingen, ter nagedachtenis aan (en promotie van de elpee MAAN van) Ramon de Nennie op zaterdag 19 april jongstleden. Een meer volledig verslag met tekst van Anneke Flikweert en foto’s van Marc Machielse is HIER te vinden.


“Een bont gezelschap in de Vlissingse kunstenaarsbroedplaats KIPVIS, voor de presentatie van de LP Maan van RAM-ON. Kunstenaars, muzikanten, vrienden, familie en bekenden van Ramon de Nennie. LP’s zijn tijdens deze presentatie te koop, maar ook bij De Drukkerij in Middelburg en bij Marmur in Zierikzee. Én Ramons boek ‘Parafernalia’ ligt er: waar hij tot aan zijn dood nog hard aan werkte. Zijn familie zorgde dat het postuum toch nog werd uitgegeven. Een prachtig kleurrijk salontafelboek, vol tekeningen en schilderingen, gedichten en verhalen.”

De elpee maakte De Nennie met Jaap Verseput en Roger van der Veken met medewerking van Connie Alblas. Tijdens de middag deden Heleen Dekker en ik een voordracht ‘omlijst met zang’ van enkele overstuurde smartlappen uit het repertoire van voorheen Karel en de Boswachters: “Het is overal even erg: te land, ter zee, in het dal en op de berg, is de boodschap. En zelfs de zon zinkt aan de horizon. Toch kan het altijd nog erger, blijkt daarna: De groeve wenkt wie eenzaam lijdt."

Tekst vervolgt onder de afbeelding.

Is het overal even erg? Foto Marc Machielse


Na de pauze nog meer voordracht, waarbij het pas écht smartelijk werd: “Over een kindergraf dat snel gevuld is en een moeder die lijdt aan een gezwel. ‘U vindt het misschien een vreselijk thema. Maar van Ramon mocht het.’’

Verder deden we met drummer Frank Beerens (ook ex-Karel en de Boswachters) mee aan enkele nummers met de muzikanten van Maan en niet te vergeten met het collectief gebrachte slotnummer ‘Zilvervisje’.

Andere optredens tijdens de middag: Swiers & friendsSpons & Draad.

***

Misschien ook leuk:

111 plekken in Zeeland die je gezien moet hebben



Tal van nieuwe plekken en tips


De derde herziene druk, met veel nieuwe plekken en tips, verscheen in 2023.

Zeeland is een dynamisch gebied met een meervoudige identiteit: eeuwenoud mondiaal handelsgewest én agrarisch arcadië. Dit boek voert langs 111 Zeeuwse plekken die u gezien moet hebben. Plekken die u voeren achter de sluier van de traditionele reisgids. Want Zeeland is méér. 

Bestellen kan HIER.

donderdag 17 april 2025

BALLUSTRADA voorbij de Tijdgeest

 

Wat ligt er voorbij de Tijdgeest? Een nieuwe Tijdgeest zal men zeggen, maar zo simpel is het niet. C.G. Jung schreef ergens dat ruimte en tijd uit niets bestaan; hij schreef ook dingen die hiermee weer in tegenspraak zijn, maar hij was met zijn genoemde observatie niet de eerste en zeker niet de laatste, getuige het recente inzicht van fysici dat ruimte en tijd niet ‘fundamenteel’ zijn. Paul van Leeuwenkamp demonstreert dit door een half jaar na ons Tijdgeestnummer in dit nummer zonder blikken of blozen zijn eigen kijk op het fenomeen te presenteren.

Een andere afbakening van de tijd: waarschijnlijk is het de meeste abonnees ontgaan dat we opstomen naar de veertigste jaargang. Een vervolg van dit kaliber zit er niet in, maar natuurlijk wel een bijzondere feestelijke uitgave in het jaar 2026, inclusief een foto van een voltallige, geridderde redactie.

Rogier de Jong verzorgt in dit nummer de tweede aflevering van de nieuwe poëzierubriek De Reeks. Verder komen aan bod de dichters Tijs van Bragt (met een illustratie van Jan Verschoore), Johan Clarysse, Jabik Veenbaas, Odile Schmidt, André van der Veeke, Astrid Arns en Kees Hermis. In de vaste rubriek Taal Ver Taal vraagt Willem M. Roggeman aandacht voor de Amerikaanse dichter Denise Levertov.

Ko de Jonge introduceert de Arnhemse kunstenaar Albert van der Weide. Met zijn slogan ALLE MACHT AAN DE KUNST bestookt hij de wereld steeds met nieuwe initiatieven.

Proza komt postuum van Gert P. Kuipers. En verder van de oude bekenden Frank Roger, Pieter Drift, Dianne Hoogstrate en Peter Urbanus, en van 'nieuweling' Marcel Rijken. Johan Everaers neemt de lezers mee in een verhaal van Nevers naar Nemours met aandacht voor Marguerite Duras, die het script schreef voor de klassieker Hiroshima mon amour. Die film uit 1959 is dezer dagen weer in de Nederlandse bioscopen te zien. 

Jan J.B. Kuipers doet in De Juiste Verkeerde Verbanden een poging om met behulp van Zwitserse horlogemakers de chaos toch in een tijdskader te dwingen. En Minor? Die duikt, wakker als altijd, in de zielenroerselen van een prozaschijver.


*

Neem nu een abonnement of bestel het nieuwe nummer!




Los dubbelnummer € 12,50 | Abonnement € 20,00, 4 nummers inclusief porto
Bankrekening NL35 ABNA 049 92 02 864 t.n.v. Stichting Zeeuws Licht


Redactie: André van der Veeke, Jan J.B. Kuipers, Johan Everaers, Ko de Jonge.
Vaste medewerkers: Kees Klok, Paul van Leeuwenkamp, Thom Schrijer, Jos Rouw (webzaken)


Contact: avdveeke@zeelandnet.nl

zondag 30 maart 2025

BATHSE SPUISLUIS

Het lijkt verboden hier, waar het bunkerachtige
de melancholie bewaakt. Er kleeft iets aan
dit uit papier geworpen landschap.

Het is de aanwezigheid van de afwezigheid
zeggen ze, er ging iets verloren
toen het werd geboren.

Alleen als je weg bent is dit malen
omgalmd van zwak geschreeuw,
ijzeren verhalen uit verten vol rook.

Hier en nu hoor je het niet eens meer
stromen; op deze plek waar alle vier
de elementen water moesten worden,

door voorgespiegelde hemels te bewonen.


Bron: Jan J.B. Kuipers (tekst), Ko de Jonge (beeld), 'Alchemie'. Zeeland 19(2010)4, 137-144..

Bespreking van Leen Moelker, ''Bathse spuisluis': een landschap in symbolistisch perspectief', Ballustrada 2012 nr. 1, 24-31, HIER te zien.


Foto H.M.D. Dekker


***
Misschien ook interessant:

111 plekken in Zeeland die je gezien moet hebben



Tal van nieuwe plekken en tips


De derde herziene druk, met veel nieuwe plekken en tips, verscheen in 2023.

Zeeland is een dynamisch gebied met een meervoudige identiteit: eeuwenoud mondiaal handelsgewest én agrarisch arcadië. Dit boek voert langs 111 Zeeuwse plekken die u gezien moet hebben. Plekken die u voeren achter de sluier van de traditionele reisgids. Want Zeeland is méér. 

Bestellen kan HIER.


dinsdag 11 maart 2025

In de draagstoel naar het meta-realisme

Wat zien we hier? Een miniatuurdraagstoel met pop uit de achttiende eeuw. Hij is gemaakt van verguld houtsnijwerk en bekleed met brokaat, fluweel en zijde. Er is ook goud- en zilverdraad in verwerkt. Het object was een schrijnwerkersproefstuk van een toekomstige meubelmaker. Het wordt nog even tentoongesteld in de expositie 'Feesten als een vorst!' in het Markiezenhof, met als onderwerp de wereld van  Carl Theodor van de Palts-Sulzbach (1724-1799), de laatste markies van Bergen op Zoom. 


Een draagstoel of draagkoets komt ook voor in mijn historische roman Kleine Leviathan over een in Zeeland neergestreken pseudoarts in dezelfde periode van rococo - en van verval op allerlei gebied... 

Het papieren boek dateert alweer uit 2009 en de uitgeverij waar het verscheen, Verschijnsel in Mechelen, is opgeheven. Maar als e-boek is deze roman nog altijd verkrijgbaar (zie de link hierboven) voor € 3,32.


Samenvatting


In de jaren zestig van de achttiende eeuw strijkt Johannes Kamerink neer in een Zeeuws havenstadje als arts, visionair prediker en zakenman. Zijn veronderstelde buitenlandse betrekkingen, verzonnen fortuin, gefingeerde correspondenties en een van Frederik II ten geschenke gekregen klisteerspuit verschaffen hem toegang tot de plaatselijke elite. 

Tegen het eind van de eeuw overpeinst Kamerink zijn uiteindelijk falen. De gebeurtenissen die tot zijn berechting en opsluiting hebben geleid passeren de revue; herinneringen van een allengs hallucinanter karakter en pseudowijsgerige beschouwingen vormen een paranoïde systeem waarin alles op zijn plaats valt, en waarin Kamerinks neergang tot een drama wordt van mythische proporties en alomvattende betekenis.

Kleine Leviathan is gebaseerd op de lotgevallen van Abraham Mag(g)aris, een historische figuur.



Uit een recensie (2009)


"Behalve met zijn artikelen in Ballustrada heeft Kleine Leviathan ook raakvlakken met de fantasyroman Het spel om de Regendanser (Gert & Jan Kuipers, 2007), bijvoorbeeld in de daad van het schrijven om de dodelijke voortgang van de tijd te bestrijden. 

Kamerink doet dat met een scala aan scripturen, waarvan zijn verslag, waaruit de roman voor het grootste deel bestaat, natuurlijk de belangrijkste is. Het is zijn greep naar onsterfelijkheid, net zoals zijn misgeboren zoon, de kleine leviathan waaraan de roman zijn titel ontleent, dat ook is, op een cynische en tegelijkertijd humoristische wijze en met een wereld aan associaties naar het duivelse. 

Het creëren van een afzonderlijke, eigen realiteit sluit ook aan bij Logboek van het Egyptisch wereldscheppen, een van Kuipers recente verhalen, en met de automaat die Kamerink krijgt, is er ook nog een verwijzing naar klassieke sciencefictionthema’s. 

Een complex van fantastische realiteit of realistische fantasie, die op de achterflap wordt ondergebracht bij het meta-realisme en verwantschap krijgt bij schrijvers als Borges, Marquez, Lafferty, Ferron en Brakman. Maar de belangrijkste constatering is dat Kleine Leviathan op organische wijze in het oeuvre van Kuipers past."


***

"Voor Anna week de kring. Verfomfaaid, snikkend, mak als een lam
liet mijn vrouw zich door haar maarte terugvoeren naar ons huis. Nu
schoten ook de dragers toe, om de jammerlijk onttakelde madame
Vergeer naar de draagstoel te slepen.
Iemand wees en riep iets. Als één man keken de omstanders plotse -
ling naar boven, naar het venster waarachter ik mij ophield. Er werd
vrolijk gezwaaid en gejoel steeg op. Schielijk trok ik me terug en nam
weer plaats achter mijn schrijftafel."




***

maandag 24 februari 2025

Flipland op zondag

St.-Philipsland, 6 mei 2007. Op foto-excursie voor een artikel in de Badkoerier naar Oud-Vossemeer, Sint-Philipsland en Colijnsplaat. Flipland maakt een beetje haveloze, armoedige indruk. Het is doodstil op straat, ook ‘t Frietkotje en het café in de Voorstraat zijn dicht; bij de hervormde kerk leveren vogeltjes het enige geluid, behalve onze stemmen. 

Eén man in een sportvissersvest loopt met z’n ziel onder de arm op de dijk aan het Slaak. Het is laagwater, veel slik. Het water komt zo te zien op. Op de terugweg van de kerk is het wat drukker; in de Voorstraat twee jongens (met een blikje bier) en een meisje, zich vervelend à la de jaren vijftig. Ze praten plat Zeeuws, maar zien er niet reformatorisch uit. 

Uit de kerk van de Gereformeerde Gemeente aan de Voorstraat klinkt zwak gedruis van gedragen zang; voor de deur, midden op het trottoir, staat een scootmobiel geparkeerd. 

foto H.M.D. Dekker
Op de dijk blijkt het beeld Zuudwest van wijlen Hedi Bogaers rood beklad, het gaat over dijkverzwaring, lezen we op de sokkel. De wieken zijn van de molen gehaald.

Gebeeldhouwde koppen

Hieronder een citaat uit 'Oostdijk en Zuiddijk Elementen van het dorpsleven netjes op een rij', in: Jan Kuipers & Heleen Dekker,  111 plekken in Zeeland die je gezien moet hebben,  derde druk (2023),  64: 

Verderop staren twee gebeeldhouwde koppen over de Krabbenkreek: een werk van Hedi Bogaers uit 1998. De koppen staren in zuidoostelijke richting, maar het beeld
heet toch Zuudwest: naar de windrichting die hier meestal staat, net als in de rest van Zeeland. Jaren geleden waren de beelden en hun sokkel nog bedekt met vurig rode graffiti. Die werd weggehaald, de koppen trotseerden weer als nieuw de elementen. "



***

Meer over dit boek en bestelinformatie zijn HIER te vinden.


Zeeland is meer dan strand, duinen, mosselrestaurants, folkloresport in klederdracht. Meer dan monumentale lijstgevels, middeleeuwse kerken, de deftigheid van buitenplaatsen in het groen. Wel eens aan de Rattekaai geweest? U beziggehouden met Zeeuwse struisvogelolie?

Zeeland is een dynamisch gebied met een meervoudige identiteit: eeuwenoud mondiaal handelsgewest én agrarisch arcadië. Dit boek voert langs 111 Zeeuwse plekken die u gezien moet hebben. Plekken die u voeren achter de sluier van de traditionele
reisgids. Want Zeeland is méér:

• Wonderen in waterputten
• Vis uit de polder en vruchten uit zee
• Verzonken dorpen, bergen van aarde
• Boerenkost en bekroonde chefs

Trek erop uit met dit boek en geniet van de zilte smaak van een eilandenrijk…


111 PLEKKEN IN ZEELAND DIE JE GEZIEN MOET HEBBEN

Heleen Dekker, Jan Kuipers
Prijs € 18,95

TaalNederlands
BindwijzePaperback
Formaat13,5 x 20 cm
Omvang240 pagina’s
Illustraties120 illustraties in kleur
VerschenenMaart 2020 (2e druk)
ISBN978 90 6868 680 7

zaterdag 15 februari 2025

'Strijd om Rome' van Felix Dahn

Foto J.J.B. Kuipers
Wat zien we hier? Het voorplat van Strijd om Rome dl. II, een historisch 'jongensboek' van Felix Dahn dat oorspronkelijke verscheen in 1876 als Ein Kampf um Rom


De hier getoonde omslag hoort bij een Nederlandse uitgave uit 1961, verschenen bij V.A. Kramers in 's-Gravenhage. Ik kocht dat boek jaren geleden ergens in een rommelzaak of bij een boekenkraam voor één euro of iets dergelijks..

Je kunt het boek nog steeds bestellen voor ongeveer het vijfvoudige van dit bedrag (plus portokosten)  Ik schreef er enkele regels over in een recent artikel voor Historiek, namelijk Gotische ‘barbaar’ Theodorik de Grote werd legitiem Romeins heerser,  in het kader van de mythevorming en literaire verwerking rondom deze Ostrogotische koning uit de vijfde en zesde eeuw.

In Wikipedia lezen we, dat het boek tot aan de Tweede Wereldooorlog grote populariteit genoot, vooral bij jongens tussen de 12 en de 15 jaar oud. "Ook daarna verschenen nog de nodige herdrukken, maar doordat het boek ten onrechte [werd] geïdentificeerd met het Germaanse ideaalbeeld van de nationaalsocialisten nam de belangstelling voor dit werk bij jongeren sterk af. Wel werd het boek als symbool van de Germaanse mythe in Duitsland in toenemende mate object van historisch onderzoek."

Felix Dahn (1834-1912) was als negentiende-eeuwer een Duits-nationaal, zeg gerust nationalistisch denkende figuur, maar hoe zijn uitputtende roman aan een nationaalsocialistisch ideaalbeeld kan worden gesmeed, is me onduidelijk, het lijkt sterk overdreven.


Op basis van Ein Kampf um Rom is in elk geval in 1968/1969 nog een tweedelige spektakelfilm gemaakt over Theodorik en de Gotische Oorlog die na zijn dood zijn rijk verwoestte: Kampf um Rom I (1968) en Kampf um Rom II – Der Verrat (1969), met niemand minder dan Orson Welles in de rol van de Byzantijnse keizer Justinianus.

Weinig hedendaagse jongeren, de echte geschiedenisfreaks daargelaten, zullen nog genieten van Dahns wat langdradige epos met zijn vloed aan gebeurtenissen, namen en pathetische wendingen. Maar ik heb, als volwassene, dat wel gedaan - ervan genoten. Misschien ook juist vanwege de gedateerdheid.

Verder overzicht van mijn artikelen op Historiek: klik HIER.

***

Misschien ook leuk:  Nederland in de middeleeuwen. De CANON van ons middeleeuws verleden. Alleen nog verkrijgbaar als e-boek!


Prijs
€ 16,99
ISBN
9789462491946

zaterdag 8 februari 2025

        DUINPAD IN OORLOGSGEBIED

        Een smal duinpad met generaal te paard
        De bomen gedrild door de wind buigen
        Oostwaarts zoals ooit de verrezenen
        Hij zoekt de grot waar nooit het tinkelen

        Van de onderscheidingen wordt verstoord
        De grot der erkenning is dat oord, een
        Schimmenleger als sleepnet achter hem
        Aan tot in dat grootste der konijnenholen

        Het front wijkt verstolen, de wind dwingt
        Zelfs de eik tot berkenbroed en als eindelijk
        De generaal naar buiten komt, bezield van

        Nieuwe moed is hij schimmenvrij, de held
        Die alles opkroppen kan, niets dan een
        Wandelaar wiens blik alleen passanten velt


        Jan J.B. Kuipers

Dishoek, foto H.M.D. Dekker.


***


Neem nu een abonnement of bestel het nieuwe nummer!
Thema: DE TIJDGEEST




Los dubbelnummer € 12,50 | Abonnement € 20,00, 4 nummers inclusief porto
Bankrekening NL35 ABNA 049 92 02 864 t.n.v. Stichting Zeeuws Licht


Redactie: André van der Veeke, Jan J.B. Kuipers, Johan Everaers, Ko de Jonge.
Vaste medewerkers: Kees Klok, Paul van Leeuwenkamp, Thom Schrijer, Jos Rouw (webzaken)


Contact: avdveeke@zeelandnet.nl

zondag 19 januari 2025

'Weirdo-alternatieve geschiedenis' met 'Loreley'

Commentaren van de publieksjury van de EdgeZero Award 2024 bij mijn verhaal 'Lorely' dat de vierde plaats haalde.

'Loreley' werd oorspronkelijk gepubliceerd in: 
Wonderwaan 53, ‘Huizen van macht’, 2023, 170-189 en nadien in: EdgeZero. De beste Nederlandse genreverhalen uit 2023 (Z.pl.: EdgeZero Publicaties, 2024), 252-263.

Link naar de digitale versie van het verhaal: https://edge-zero.com/loreley-jan-j-b-kuipers/


- Loreley van Jan J.B. Kuipers speelt zich af op een riviercruise die op weg is naar de Loreley-rots, waar de herrezen nimf met haar gezang schepen vernietigt. De expeditie, geleid door Dr. Feisten, probeert met een muzikale therapie de bovennatuurlijke krachten van Loreley te beteugelen. Terwijl de crew twijfelt aan de wetenschappelijke uitleg van hun leider, blijft de dreiging van de nimf sterk aanwezig. De mythologische en psychologische thema’s vermengen zich tot een verhaal dat treffend reflecteert op de verhouding tussen werkelijkheid en projectie. Erg meeslepend.

- Biedt een krachtige mengeling van mythe en wetenschap, met een duistere dreiging die voelbaar blijft. Kuipers weet spanning op te bouwen tot het einde.

- Eén woord: onheilspellend.

- Kuipers verweeft mythologische en psychologische elementen tot een verhaal vol spanning en mysterie. De sfeer blijft je bij.

- Het mythische Loreley geeft maar weer aan welk een variatie in sf en fantastiek er is in Nederland.

- Prachtig en briljant, In de alternatieve geschiedschrijving van de wetenschap ook hedendaags relevant.

- Echt een ‘Modern myth’! Intrigerend van begin tot eind.

- Niemand schrijft zo prachtig barok in Nederland als Jan. Dit verhaal blinkt uit in fraaie details die perfect passen in deze weirdo-alternatieve geschiedenis gezet rond de meanderende Rijn. Uiterst Germaans, vol boeiende invalshoeken. Het grijpt je vast en ondanks het hoogpolige taalgebruik blijft het altijd (uitdagend, maar) zeer leesbaar. Alles klopt eraan!

- Wetenschap gebalanceerd met mythologie, met een verhaal over een nimf dat je niet loslaat. De dreiging blijft voelbaar tot het einde.

- Loreley biedt een fijne mix van mythologie en suspense, waarbij Kuipers een sterke sfeer van onheil creëert, meteen al vanaf de openingsquote (Ernest Becker).

Bron: https://edge-zero.com/uitslagen-en-tussenstanden-2024/

Oorspr. ill. bij 'Loreley' (auteur)



zondag 5 januari 2025

De mythische fantast

Paul van Leeuwenkamps oratie bij de uitreiking,  tijdens de Fantasticon-V,  van de Bemoste Beeld-prijs 2024 aan Jan J.B. Kuipers


Verschenen in: Fantastische Vertellingen 45 (2024) 72, 80-87.

Beste mensen! De Bemoste Beeld-prijs!
Deze Prijs wordt nu al een aantal jaren uitgereikt en ook dit jaar is er iemand bekroond. U wilt natuurlijk allemaal weten wie dat is, maar vóór ik dat ga verklappen, ga ik eerst wat over de Prijs vertellen.

De website van de Stichting Fantastische Vertellingen vertelt ons: “De Bemoste Beeld-prijs werd rond 1990 ingesteld door de Stichting Fantastische Vertellingen. De prijs wordt sedertdien met onregelmatige tussenpozen toegekend aan oorspronkelijk Nederlandstalige auteurs of kunstenaars, die significant bijdroegen aan fantastische literatuur en kunst.

Het niet-Bemoste Beeld
(ontwerp Tais Teng).
Ingesteld door de Stichting Fantastische Vertellingen...? Ja, zo kun je dat beschrijven, maar in werkelijkheid ontstond de Prijs als een soort van baldadige jonge-hondenactie om aandacht te trekken. Twee auteurs die nog geen oeuvre hadden, Paul Harland en Tais Teng, bekroonden zichzelf voor hun oeuvre, gesteund door een uitgever, Remco Meisner, die net begonnen was met het uitgeven van Rare Boekjes. 

De Prijs zou dan ook geheel in vergetelheid zijn geraakt, ware het niet dat Remco in 2010/2011 weer uitgeversneigingen kreeg, ook geïnspireerd door zijn goede vriend Vincent van der Linden. Vincent was ernstig ziek en om deze voor de Nederlandstalige fantastische literatuur belangrijke schrijver en uitgever te eren, haalde Remco de Bemoste Beeld Prijs uit de kast, stofte deze af en reikte hem in augustus 2012 uit aan Vincent, die kort daarna, op 1 september overleed.

Daarna maakte Remco er een jaarlijkse prijs van, die hij op basis van zijn persoonlijke oordeel uitreikte.
In 2013 gaf hij hem, tot mijn grote verrassing, aan mij. Wellicht dacht hij dat ik ook nog maar kort te leven had. Vanaf dat moment mocht ik fungeren als klankbord, zonder de alleenheerschappij van Remco te doen wankelen.

In 2014 werd het Frank Roger, in 2015 Roelof Goudriaan, in 2016 Jaap Boekestein.
In 2017 wilde Remco de Prijs niet uitreiken. Op zich vond ik dat uitstekend, want jaarlijks zo’n Prijs geeft dwang, verplichting. Het gaf mij echter de gelegenheid de Prijs te kapen. Ik vond namelijk dat als iemand de Prijs verdiende, het Remco was. 

Maar ik kon mij de Prijs natuurlijk niet zomaar toe-eigenen; hij was van Remco, van de Stichting, niet van mij. En daarom vroeg ik de eerdere winnaars of ik hun toestemming had en of ze deze versie van de Prijs wilden ondersteunen. En dat wilden ze. Tais, Frank, Roelof, Jaap, ze gingen er volmondig mee akkoord. Tais maakte een prachtige oorkonde en bij de Terdoopbestelling van Ganymedes 17 wisten we Remco eindelijk tot een verlegen stilzwijgen te verrassen.

Daarna volgden Bauke Muntz in 2018, in 2019 was het Jeroen Kuypers, aka Max Moragie, Roel Thijsen, Graham Marquand en Peter Marx, Mike Jansen in 2021, Ingrid Heit in 2022 en Jos Lexmond in 2023.

KKA voor Gert & Jan Kuipers
(ontwerp Karel Thole).
In deze periode ontwikkelde de Bemoste Beeld Prijs zich tot een Prijs met meer fundament, want Remco veranderde zijn rol van absolute alleenheerser tot voorzitter van een comité dat wordt gevormd door de eerdere winnaars, die kandidaten voordragen en mogen stemmen wie de nieuwe winnaar wordt.

Wanneer je de namen van de gelauwerden overziet, is duidelijk dat de Prijs is wat hij vanaf de eerste échte toekenning aan Vincent van der Linden in 2013 is geworden: een Lifetime Achievement Award,  een erkenning, een bekroning van wat iemand gedurende zijn leven heeft bijgedragen aan iets, in ons geval de fantastische literatuur en kunst. Het mooie van zo’n Lifetime Achievement Award is dat je hem al kunt krijgen wanneer je leven nog lang niet voorbij is, zodat de gelauwerde er ook zelf van kan genieten.

De Bemoste Beeld Prijs is bij mijn weten de enige Lifetime Achievement Award voor de fantastische genres in het Nederlandse taalgebied. In 2018 werd een soortgelijke prijs uitgereikt, die de 'persoonlijkheidsprijs Annemarie van Ewyck' werd genoemd en die werd uitgereikt aan Kees van Toorn. Maar bij die ene keer is het gebleven. Ik waardeer de hulde aan Annemarie en Kees, twee mensen die waardering vanuit het genre ruim verdienen, maar voor mij illustreert die persoonlijkheidsprijs toch vooral het gebrek aan saamhorigheid en samenwerking in de fantastische genres; in plaats van de schouders te zetten onder iets wat al bestaat, de Bemoste Beeld Prijs bijvoorbeeld, zetten we er iets naast, dat dan weer een snelle dood sterft. En zo modderen we voort. Maar dus niet bij de Bemoste Beeld Prijs, die juist is gegroeid, meer inhoud, meer fundament heeft gekregen.

Ik geloof dat het Johan Klein Haneveld was die vorig jaar de Bemoste Beeld Prijs een Prijs voor enthousiasme noemde. En ook dat vind ik een mooie en terechte aanduiding van de Prijs, waarbij ik dan wel moet aangeven dat voor mij enthousiasme niet alleen gekenmerkt wordt door levendig en uitgelaten gedrag. Iedereen is anders en toont enthousiasme op zijn eigen wijze. Wanneer je decennialang bijdraagt aan het fantastische genre, het ondersteunt en uitdraagt, dan vind ik dat een vorm van enthousiasme.

Oké,  geachte toehoorders, ik zie het ongeduld in uw ogen. En daarom zal ik de volgende vijf pagina’s van deze redevoering achterwegen laten en overgaan naar de bekendmaking van winnaar van dit jaar.

De Bemoste Beeld Prijs 2024 is toegekend aan:
(tromgeroffel, paukeslagen)
Jan J.B. Kuipers
(applaus, gejoel, mensen springen op de tafels)

Ik zie nu bij velen paniek in de ogen. Ik zie u denken: zo’n uitreiking moet natuurlijk onderbouwd worden, er moet worden ingegaan op het oeuvre van de gelauwerde, en wanner het Jan J.B. Kuipers betreft, dan ben je daar al gauw een paar uur mee bezig. Daar gaat mijn lunch!

Tekst vervolgt onder afbeelding.

V.l.n.r. Jan Kuipers, Paul van Leeuwenkamp, Tais Teng
(foto Heleen Dekker).

Laat ik u geruststellen, dat ga ik niet doen. In 2023 verscheen op Fantasize in 3 delen het zeer uitgebreide interview van Isabelle Plomteux met Jan, waarin alle aspecten van zijn schrijverschap aan bod komen. Wat kan ik daar nog aan toevoegen?

Daarom zal ik mij beperken tot enkele grote lijnen.
Jan betrad het fantastische strijdtoneel samen met zijn broer Gert, met wie hij in 1983 ook de King Kong Award won. Gert ging andere dingen doen, maar Jan is sindsdien niet meer van het toneel verdwenen. Altijd in de top 10, meerdere keren de winnaar. En ook nu, meer dan veertig jaren later, is hij nog altijd overal aanwezig; in de Edge Zero-bloemlezingen met beste Nederlandstalige fantastische verhalen, in de laatste HSF, in Wonderwaan, in Ganymedes. Want daar ligt wel het accent, bij de verhalen, al verschenen ook romans zoals Kleine Leviathan (2009), Het spel om de Regendanser (2007) en Tigonius (2020), waarvan de laatste twee weer met zijn broer Gert.

Laat ik het eerst even over Gert hebben, die op 4 maart 2022 overleed, want deze Prijs is ook een beetje voor hem. Het was Gert die Jan aan de sciencefiction bracht, en die ideeën en teksten aandroeg voor een aantal verhalen. Maar Gert was wat ongedurig en het was volgens mij altijd Jan die de laatste hand aan een werk legde, die het resultaat maakte tot fictie van hoge kwaliteit.

Terug naar Jan, die nu al meer dan 40 jaar met kwalitatief hoogstaande fictie in de Nederlandstalige fantastische literatuur aanwezig is. Dat is op zich al een uiting van enthousiasme voor het genre.

Ontwerp Tais Teng.
Het genre?
Welk genre schrijft Jan eigenlijk?
De flaptekst van Jans Kleine Leviathan uit 2009 noemt zijn werk 'meta-realisme', een 'stroming binnen de historische literaire fictie', vertegenwoordigd door schrijvers als Borges, Márquez, Lafferty, en in het Nederlandse taalgebied Louis Ferron en Willem Brakman.
Zelf blijf ik wat dichter bij ons fantastische huis. Voor mij heeft Jan de sciencefiction van Lafferty samengevoegd met de fantasy van Mervyn Peake tot een soort fictie dat ik voor mezelf wel eens aanduidt als ‘mythische fantasy’.

Alleen zijn verhalen op zich geven al genoeg reden om hem met de Prijs te bekronen, maar er is meer. 
Op de eerste plaats dat hij in literair opzicht nog een heleboel andere dingen doet, heeft gedaan. Hij publiceerde heel veel non-fictie; vooral historische en archeologische werken, veel over Zeeland. Maar ook jeugdliteratuur, thrillers, poëzie. Jan was in 2005 en 2006 stadsdichter van Middelburg, werd in 2005 bekroond met de Zeeuwse Boekenprijs, schreef tweemaal het Zeeuwse Boekenweekgeschenk, deed de stadswandelingen ‘Mysterieus Middelburg’, en ook dit jaar doet hij een ‘Sinistere wandeling’ door die stad, aanstaande donderdag vooralsnog de laatste. Al deze activiteiten geven in mijn ogen de mythische fantasy van Jan een extra accent, omdat ze laten zien dat het niet zomaar een kunstje is van een eenzijdige auteur. Ik noem dat de ‘impliciete propaganda voor de fantastische genres’, omdat lezers van zijn andere werk of toehoorders bij zijn rondleidingen en voordrachten zullen denken, hé die Kuipers doet dus ook nog iets aan sciencefiction of fantasy, dan zal ook dat wel de moeite waard zijn.

Kleine Leviathan, omslagontwerp 
Gert P. Kuipers.
En behalve die impliciete propaganda maakt Jan ook nog een heleboel expliciete propaganda, met name in zijn rol als redacteur van Ballustrada, een van de mooiste literaire tijdschriften in het Nederlandse taalgebied. In dit tijdschrift verschenen en verschijnen niet alleen artikelen over sciencefiction en fantasy, en over de beoefenaars van deze genres, maar ook verhalen van auteurs als Frank Roger, Reinder Veelinx, Guido Eekhaut, Jan Roosen.

Wel, ik denk dat er genoeg geluld is en dat er geproost en geklonken moet gaan worden. Ik wil Jos dan ook vragen de trofee over te dragen aan zijn opvolger, en Thijs om de prachtige, door hem gemaakte oorkonde uit te reiken.

Jos?
Thijs?

Gedachten bij de uitreiking van de Bemoste Beeld Prijs 2024

Toen ik mijn redevoering voor de Bemoste Beeld Prijs 2024 aan het schrijven was, kwam ik op een punt waarop ik mij afvroeg wat voor soort fictie Jan schrijft, en of die soort fictie eigenlijk wel in aanmerking kwam om met deze Prijs te bekronen. Een vraag die moeilijker te beantwoorden bleek dan je zou verwachten en die ik daarom bij het uitspreken van mijn rede maar buiten beschouwing heb gelaten, maar die ik hier toch aan het grote publiek wil prijsgeven.

De site van de Stichting Fantastische Vertellingen vertelt ons dat de Prijs is bedoeld voor hen die significant bijdroegen aan fantastische literatuur en kunst.

Ik laat de kunst buiten beschouwing, omdat ik daar nog minder van af weet dan van fantastische literatuur. Maar ook wanneer je er niet zoveel van af weet, kun je de aanduiding 'fantastische literatuur' een invulling geven. Je pakt het woordenboek er bij en begint dan gewoon vooraan met het begrip 'fantastisch'.

Omslagontwerp Gert P. Kuipers.
Fantastisch betekent op de eerste plaats iets in de richting van ‘geweldig, uitstekend, buitengewoon goed’. Dan zou de Bemoste Beeld Prijs bedoeld zijn voor literatuur als de historische romans van Arthur Japin, of De avonden van Gerard Reve, De donkere kamer van Damokles van W.F. Hermans, De Kapellekensbaan van Louis Paul Boon; literatuur die van een hoge kwaliteit is. Maar dat lijkt mij niet wat de Stichting voor ogen heeft. Het lijkt mij dat de Stichting het begrip 'fantastisch' in de tweede betekenis hanteert, die van ‘verzonnen, denkbeeldig, fictief’. De Bemoste Beeld Prijs is dus niet bedoeld voor literatuur van een bepaalde hoogstaande kwaliteit, maar voor een bepaalde soort van literatuur.

Deze invulling sluit aan bij het werk van Jan J.B. Kuipers, waarvan we op basis van de flaptekst van Kleine Leviathan zagen dat het behoort tot het ‘meta-realisme’, een 'stroming binnen de historische literaire fictie', vertegenwoordigd door schrijvers als Borges, Márquez, Lafferty, en in het Nederlandse taalgebied Louis Ferron en Willem Brakman.
Een soort van literatuur die mij lijkt te vallen binnen de soort literatuur die de Stichting wil bekronen. Ofwel: de bekroning van Jan J.B. Kuipers is volkomen terecht.

En toch is het niet zo eenvoudig!
Iemand die zeer deskundig is – die er academisch in afstudeerde en die ook uitgever, schrijver en leraar werd, ofwel: Jürgen Snoeren – verzekerde me onlangs dat literatuur iets heel anders is dan sciencefiction of fantasy. Dat zouden appels en peren zijn, die je wetenschappelijk gezien niet mag vergelijken. Dat dwong me tot de vraag: wat bekronen we nu eigenlijk met de Bemoste Beeld Prijs, de appels of de peren?

Bannenfluister, hemelglas
(Babel SF,  1995).
Volgens het statement van de Stichting zouden het de appels zijn, de literatuur. Want hoe je ook kronkelt, het begrip fantastische literatuur moet je toch beschouwen als een subset van het begrip literatuur. Of als ik het op grond van de informatie die Jürgen mij stuurde (dank!) wetenschappelijker probeer te benaderen en literatuur niet als een begrip benader maar als een veld ('Voorbij het veld: beperkingen en mogelijkheden van de veldtheorie voor de Nederlandse letterkunde', Gaston Franssen, Tijdschrift voor Nederlandse taal- en letterkunde 138.2, 2022) en fantastische literatuur als een subveld van literatuur beschouw, zoals Franssen de poëzie als een subveld behandelde, blijft het nog altijd literatuur; de Golden Delicious onder de appels.

Maar!
Wanneer ik de lijst van winnaars doorneem, kom ik tot de conclusie dat de Bemoste Beeld Prijs geen bijdrage aan de literatuur bekroont, maar een bijdrage aan de sciencefiction, fantasy of horror. Het werk van winnaars als Tais Teng, Jaap Boekestein of Jos Lexmond maakt dat toch wel duidelijk.

Ik werd er dus mee geconfronteerd dat de site van de Stichting aangeeft de appels te willen bekronen, maar dat de Prijs feitelijk aan de peren, de sciencefiction en fantasy, wordt uitgereikt. En dat plaatste mij voor een dilemma. 

Moest ik tot ieders verrassing gaan mededelen dat Jan de prijs toch niet kreeg, omdat zijn werk literatuur is? Of moest ik vele voorheen bekroonde auteurs manen hun prijs in te leveren, omdat hun werk geen literatuur is en ze de Prijs ten onrechte hebben gekregen?

Wel, ik heb besloten mij van de domme te houden en in mijn toespraak niet in te gaan op deze problematiek. Voor alle zekerheid heb ik het werk van Jan zowel ‘meta-realisme’ (= literatuur) als ‘mythische fantasy’ (= fantasy) genoemd, maar ik realiseer mij dat ik daarmee de geleerden niet zal kunnen misleiden.

***
Misschien ook leuk:

De vlucht naar boven

Tegenculturen in Nederland in de jaren zestig en zeventig

'De mens is niet om te lijden in de wieg gelegd,' schreef Simon Vinkenoog in 1967. Het tekent de mentaliteit van de toenmalige tegencultuur, een verbijsterend palet van activisme, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit. Onmiddellijke ontsnapping aan de knellende banden van de maatschappij was het doel: een vlucht naar boven op de vleugels van idealen of drugs, of allebei. Jan J.B. Kuipers schetst de diverse bewegingen en figuren die de jaren zestig en zeventig tekenden, en vraagt zich af in hoeverre er sprake was van iets nieuws en waar al die zogenaamde vernieuwing in uitmondde.

"Wat een tijden! Waarnaar je gaat terugverlangen door Kuipers' boek." | 
Mario Molegraaf in Zeeland

Een hellehof en een comfortabel vakantiehuis

In 1959 verscheen bij de Wereldbibliotheek een Nederlandse vertaling van de kleine roman De Hellehof   van de Bosnische schrijver Ivo Andrić...